Aventuras en España (Jo) FIETSWEEK 2014

 

Het is woensdag 3 september en ik sta tussen opgetutte dames en heren in toeristenoutfit aan te schuiven om in te checken voor de vlucht naar Alicante. Ik heb bijna niet geslapen en ben nog moe van mijn trip naar het zuiden van Frankrijk. Ik voel mij bekeken met mijn grote fietskoffer. Enkele nieuwsgierigen kunnen het niet nalaten even rond mijn koffer nerveus rond te draaien om hem wat van dichterbij te bestuderen. Om 0830 Hr ben ik op Spaanse bodem en ex Breydelzoon Marc Blieck, ondertussen reeds 5 jaar resident en halve Spanjaard, staat mij op te wachten. Bij hem thuis eten we wat, steek ik mijn fiets ineen en vertrekken we voor een ritje van om en bij de 70 kilometer. Om de fiets te testen doen we steeds dezelfde toer. Naar Rebate en terug. Het begint licht heuvelachtig, er zijn rare bochten, er is slecht en goed wegdek, er zijn stevige klimmetjes en pittige afdalingen. Ideaal dus om alles wat op de fiets zit en alle versnellingen te testen vooraleer we aan het grotere werk beginnen. Eerlijk gezegd voel ik mij niet goed. Ik ben moe, heb wat hoofdpijn en de hitte, toch 40° op dit moment, spelen mij parten. Bij iedere klim, of het nu steil of minder steil is zie ik Marc zo van mij wegrijden. Ik probeer te doseren zodat ik niet teveel afzie. Ik sukkel de Rebate op en zeggen dat ik steeds die Rebate op het einde van mijn vorige bezoeken op mijn buitenblad ben opgeklommen! Net voor de top zien we een auto aan de kant staan en er ligt een oudere man in de berm. Het blijken Noren te zijn en de oudere heer is in de auto het bewustzijn verloren en ligt nu te hyperventileren. We bellen de urgencia die een half uur later aankomt en de gevallen Viking naar het ziekenhuis afvoert. Ik voel mij ondertussen steeds slechter en het gaat ook slechter en slechter. Ik rijd nu al heel de dag in het zog van Marc en eerlijk gezegd zie ik toch liever iets anders dan zijn achterwerk. En dan moet ik nog de allerlaatste klim naar Marc zijn huis doen: een klim van 1.3 kilometer tussen 16 en 19%. Eens terug thuis duiken we het zwembad in en ik krijg de ene kramp na de andere. Na een lekkere linzenmaaltijd ga ik om 0930 Hr slapen. Ik ben doodop. Wat zal dat morgen geven? Ik zie het momenteel niet goed zitten.

 

 

 

 

 

Donderdag, mijn tweede dag. Ik sta uitgeslapen en monter op. Ik voel mij een heel ander mens. Om 9 uur zijn we al onder weg naar de Cabezo de la Plata, een rit van 104 kilometer. De temperatuur is toch zo’n 10 graden minder dan gisteren en voor de lastige klim op de Cabezo scheelt dat toch een beetje. We rijden goed of beter gezegd, IK rijd stukken beter dan gisteren al zie ik Marc nog steeds verder van mij wegrijden wanneer het wat meer bergop gaat. Marc rijdt, als het iets boven de 10% gaat altijd goed. In de laatste 7 kilometer krijg ik het opeens lastig en het gaat niet eens bergop. Mijn armen en handen beginnen pijn te doen en zo te horen heeft Marc er ook last van. Nog de laatste klim opsukkelen, zwembad, eten, slapen.

 

 

 

Derde dag: ik heb slecht geslapen. Het koelde vannacht niet af en door mijn venstertje kwam geen zuchtje wind. En net vandaag staan de klimmetjes naar Crevillente en Hondon op het programma. Nu ja, klimmetjes, what’s in a name? De eerste 25 kilometer zijn behoorlijk vlak maar eens in Crevillente, waar we aan de klim beginnen, is het andere koek. Marc heeft precies weer geen last met het verschil in hoogtemeters. Ik voel mij ook wel goed maar doe het toch op mijn gemak. Ik probeer constant 11 per uur te halen en dat bij een stijgingspercentage van om en bij de 8%. En zeggen dat we hier enkele jaren terug de renners tijdens de Vuelta zagen passeren op hun buitenblad en ze waren nog een beetje aan het babbelen tegen elkaar ook nog! Na een snelle afdaling is het is het tijd om wat bij te tanken. Onze drank is bijna op en de temperatuur is nu bijna opgelopen tot 35°. En dan is het kilometers vals plat tot Hondon en we trekken nog redelijk hard door. Net voor de eigenlijke klim geraak ik geen meter vooruit. Ik neem een gelleke en sukkel naar boven. Op de top staat Marc mij op te wachten en we smijten ons naar beneden. Snel maar toch behoedzaam. De eerste keer dat ik hier afdaalde nam ik een bocht aan 60 per uur waar een maximum snelheid van 20 werd aangegeven en dat wil ik niet meer mee maken. Nog 30 kilometer van huis met de wind op kop en op een redelijk vlak terrein. Het gaat nu snel. 37 per uur! De hitte brandt door onze shirts en onze mond is kurkdroog. We kopen nog een fles water, vullen onze bidons bij en rijden verder. De allerlaatste klim, net voor de woning van Marc is er eentje van net niet omvallen. We hebben een frisse pint verdiend, duiken het zwembad in en masseren onze spieren. Een mooie lastige dag is weer voorbij.

 

 

 

Dag vier: terug slecht geslapen. Marc trouwens ook. We zullen het rustig houden vandaag. Via Torrevieja rijden we naar Guardamar. Het is een licht heuvelachtige omgeving met beklimmingen van rond de 6% met een uitschieter van 8%. Ik profiteer ervan om wat aan krachttraining te doen en probeer zoveel mogelijk om op mijn buitenblad te rijden. Maar eerst springen we eens binnen bij vrienden uit Brugge die in Torrevieja op vakantie zijn. Na 72 kilometer zijn we terug thuis. Na onze frisse pint en een duik in het zwembad doen we nog wat boodschappen. Deze avond gaan we een frietje eten. Nog even meegeven dat ik de allerlaatste steile klim naar Marc zijn residentie veel beter oprijd! Maar ’t blijft pijn doen. Miljaarde zeg!

 

Het is zondag maar voor ons geen rustdag. Het is nu mijn vijfde dag hier. Ik wil wel eens weten hoe het met mijn progressie is gesteld en ik stel voor om dezelfde rit van de eerste dag te rijden. De rit naar Rebate! En ho maar, wat een verschil! Ik rijd, samen met Marc, niet alleen de klim moeiteloos maar ook nog eens snel op. In tegenstelling tot de eerste drie dagen vlieg ik nu overal op. Wat een fantastische dag weer. En ’s avonds mikken we terug wat vis op een hete plaat terwijl we genieten van een glaasje wijn.

 

 

 

 

De zesde dag is aangebroken en we rijden naar La Romana, een rit van ietsje meer dan 110 kilometer. We moeten eerst naar Elche en vanaf daar is het ongeveer 30 kilometer klimmen tot de top in La Romana. Het begint met een stijgingspercentage van 2 à 3% maar halverwege loopt dit al op tot 6% met op het einde 9%. We rijden door een prachtig afwisselend landschap. Desolaat dor landschap met verlaten dorpjes wisselt af met weidse amandelboomgaarden, geurige vijgenbomen, marmergroeven en prachtige wijnhaarden. Omdat deze rit niet zo zwaar is als deze van de vorige dagen maken we het zelf wat lastig en rijden goed door. Marc rijdt super. Naar eigen zeggen reed hij nooit beter en ik ben geneigd dit te beamen. We lossen elkaar voor geen meter. Niet op het vlak, niet op de beklimmingen en tijdens de afdalingen stampen we nog eens goed bij zodat de snelheid zeer hoog blijft. Op 20 kilometer van de meet vullen we onze drinkbussen nog even bij in een plaatselijke bar en besluiten om het vanaf nu back home kalm aan te doen.

 

 

 

Zevende dag, rustdag: kastelen gaan bezoeken.

 

8ste dag, en ik ben benieuwd hoe de benen zullen zijn na de rustdag van gisteren. Marc heeft mij verrast met bezoek aan een prachtig kasteel. Voor het eerst is het wat minder warm al blijft het heet. Helaas is er nu duidelijk veel meer wind. Marc heeft zijn neus tot bloedens toe verbrand. Ik heb door de hitte mijn onderlip verbrand. We rijden naar Zeneta, Murcia. In het begin is het redelijk vlak, zo’n 3 à 4% met wat verder uitschieters van 7 à 10%. Ik voel in tegenstelling wat ik vreesde mijn benen niet. Ik voel mij top terwijl ik de indruk heb dat Marc zich wat minder dan de vorige dagen voelt. Maar ik moet eerlijk zijn: Marc rijdt nog steeds zeer goed. We rijden door een prachtige nieuwe streek en we genieten ten volle. En die allerlaatste klim naar Marc zijn huis: wel ik beklim die beter en beter. En dat het beter gaat en dat we steeds sneller en sneller klimmen bewijst de GPS van Marc: hij rijdt zijn tweede beste tijd! Voor we onze spieren ontspannen in het zwembad zien we dat we vandaag 88 kilometer hebben gereden.

 

 

 

Voorlaatste dag: ik heb voor het eerst echt goed geslapen. We weten niet goed wat gedaan en besluiten om nog maar eens die Rebate te beklimmen en een flinke omweg te maken via Pilar de la Horadara. De verbrande neus van Marc ziet er echt niet goed uit. We hebben goede benen. De krachttraining van de afgelopen dagen hebben mij goed gedaan. Bij de beklimming van de Rebate hebben we de wind op kop. Marc trekt goed door maar ik houd strak zijn wiel, neem soms wat voorsprong tot Marc het welletjes vindt en mij op zijn beurt terug voorbij steekt. Dan nemen we de 17 kilometer lange afdaling naar Pilar in de wetenschap dat we straks terug 17 kilometer moeten klimmen in tegengestelde richting naar Rebate. Het is een van klim 3 tot 7% wind met de wind op kop. Het is heet en onze kelen zijn kurkdroog. Niettegenstaande we harde wind rijden we rap. De allerlaatste klim naar Marc zijn huis rijden we niet op, we sprinten hem op! Ik val op de top bijna van mijn fiets van de inspanning. Marc zegt dat hij die klim dit jaar al meer dan 80 keer heeft gedaan. Chapeau! ’s Avonds gaan we uit eten.

 

 

 

Vrijdag, 10de en laatste dag. We houden het vandaag op een kort ritje naar Torrevieja. Er staat nu wel hééél veel wind. Marc, die niet echt tuk is op zo’n weer, zit netjes in mijn wiel. Het stoort mij niet, integendeel. Omdat het toch maar een ritje van om en bij de 56 km is rijden we toch goed door. En als kers op de taart geven we allebei alles op de laatste klim. Marc breekt zijn klimrecord en daar ben ik blij om. Hij klimt echt fantastisch. We gaan nog een laatste keer zwemmen en dan is het tijd om mijn fiets uit elkaar te halen. We hebben nog wat om op de plancha te gooien en klinken op een geslaagde 10 – daagse. Het zal morgen weer vroeg opstaan zijn. Marc zal zijn huislijk leventje kunnen hervatten. Ik zal op het vliegveld van Alicante er tussen roodverbrande opgetutte dames en heren in toeristenoutfit staan aanschuiven. Ik zal er mij met mijn grote fietskoffer beken voelen en enkelen zullen hun nieuwsgierigheid niet kunnen bedwingen om nerveus wat dichterbij te komen om te polsen wat er toch in die grote koffer zou kunnen zitten.

Bedankt Marc voor je gastvrijheid, voor het gezelschap, voor het lekkere eten, voor de mooie ritten, voor het feit dat ik je mijn vriend mag noemen. En voor de geïnteresseerden, we hebben een totaal van 766 kilometer gereden, 7110 hoogtemeters overwonnen, in tenslotte 31 uur 50 minuten op de fiets gezeten en op de rustdag 3 kastelen gezien.